Mensen lijken steeds meer moeite te hebben om de coronamaatregelen na te leven. Dat komt niet alleen doordat de coronacrisis lang duurt, maar ook doordat het kabinetsbeleid burgers te weinig perspectief biedt. Dat zeggen externe adviseurs van de zogenoemde Corona Gedragsunit van het RIVM, een afdeling die wordt geadviseerd door vijftien hoogleraren.
Aanstaande vrijdag komt de Gedragsunit met nieuwe cijfers over het gedrag van Nederlanders in coronatijd en het draagvlak voor de maatregelen.
Het draagvlak voor het coronabeleid van het kabinet is altijd relatief hoog geweest. Julia van Weert, hoogleraar gezondheidscommunicatie aan de Universiteit van Amsterdam en een van de adviseurs van de gedragsunit, zei vanmiddag in NPO Radio 1-programma Nieuws en Co te verwachten dat dat ook zo blijft. "Er zit alleen een discrepantie: mensen staan achter het beleid, maar het naleven van de maatregelen vinden ze steeds lastiger."
Hoogleraar gezondheidspsychologie Andrea Evers van de Universiteit Leiden herkent dat beeld. "Van mensen die eerder heel rechtlijnig waren en de schouders eronder zetten, hoor je nu ineens andere verhalen."
Discussie en protest
Dat heeft volgens haar uiteenlopende oorzaken. Zo neemt de onvoorspelbaarheid en oncontroleerbaarheid van de situatie niet af maar toe, mede door de Britse variant van het virus. Vrijheidsbeperkende maatregelen zoals de avondklok kunnen mensen emotioneel maken. "Er is ook discussie en protest over die maatregel. Daarnaast gaf de haperende vaccinatiestrategie mensen weinig vertrouwen in de overheid. Dat alles doet de naleving van het beleid geen goed."
Een complicerende factor zijn de komende Tweede Kamerverkiezingen. "In deze periode weten mensen dat ze partijen misschien niet helemaal kunnen vertrouwen vanwege hun politieke kleur, te optimistische verkiezingsbeloftes en de wil zich te onderscheiden en vooral te scoren."
Al met al is het volgens Evers "een ingewikkelde situatie om goed beleid voor te maken. Je wil het verhaal goed vertellen en iedereen daarin meenemen."
Volgens Van Weert zijn het kabinetsbeleid en de communicatie daarover blijven hangen in de acute fase van de crisis, toen heel Nederland de urgentie voelde en het kabinet hamerde op het advies van het Outbreak Management Team. Nu is er volgens de hoogleraar sprake van een overgangsfase waarin het kabinet een ander verhaal moet vertellen.
"De crisis duurt al heel lang. Er zijn neveneffecten op het gebied van welzijn en economie. Het kabinet moet meer leunen op het advies van maatschappelijke en economische experts en duidelijk maken dat die aspecten worden meegenomen in de beleidskeuzes."
Gedragswetenschapper Reint Jan Renes, voormalig lid van de gedragsunit en verbonden aan de Hogeschool van Amsterdam, verkondigde in de Volkskrant van afgelopen zaterdag eenzelfde boodschap. "Rutte is net de dokter die maar niet durft te zeggen dat je een chronische ziekte hebt. Met als gevolg dat je als burger ook niet de kans krijgt om over te schakelen van gehoorzamen aan de doktersvoorschriften naar samen de boel inregelen."
Stukje tegemoetkoming
Burgers en ondernemers zouden meer inspraak moeten krijgen, vindt Van Weert. "Er lijkt een steeds groter gat te ontstaan tussen de maatschappij en het kabinet. De burger moet maar afwachten welke maatregel erbij komt of eraf gaat. Mensen moeten juist betrokken worden, zodat ze de keuzes snappen en zich gehoord voelen."
"Iedereen snakt naar een stukje tegemoetkoming", zegt ook gezondheidspsycholoog Evers. "Luister naar de noden van jongeren en andere kwetsbare groepen en ga er iets mee doen. Dat we kleine stapjes nemen, waar dat kan, is heel belangrijk."